Wittewierum

Zie ook het artikel op Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Wittewierum

Beschrijving uit 1849 door vd Aa (bewerkt):

WITTEWIERUM. oorspronkelijk Wittewerum, dorp in Fivelgo, Provincie Groningen, arrondissement en kanton Appingedam en 2 uur ten zuidwesten daarvan, gemeente Ten Boer en 1 uur ten oosten daarvan, eenzame en afgezonderde ligging.
   Er zijn in de kom van het dorp 11 huizen en ongeveer 70 inwoners, samen met de kerkelijk erbij horende gehuchten Ten Post, Oldersum, Windeweer en een gedeelte van Kroddeburen, 98 huizen en 680 inwoners, die vooral in de landbouw hun bestaan vinden. Van de grond, die zich aan weerszijden van het Damsterdiep uitstrekt, is de gesteldheid erg ongelijk; aan de zuidzijde van het dorp is zij grotendeels laag en dikwijls veenachtig, maar er zijn ook, vooral aan de noordzijde, goede en zeer vruchtbare kleilanden. Aan de zuidzijde van het genoemde diep, nabij Ten Post en aan het diep, ligt een mooie en ruime wierde, waar op de oostelijke voet of helling veel geraamtes van lijken bij het ploegen ontdekt zijn. Velen gaan er van uit dat deze geraamtes afkomstig zijn van het gevecht tussen Lodewijk van Nassau en de Spaanse bevelhebber Arenberge, maar dat is niet meer dan een gissing.
   De oude Fivelstroom kronkelde in de oude tijden ten westen van de abdij, die nabij de tegenwoordige kerk van Wittewierum heeft gestaan, en liep vervolgens langs Muda en Den Ham over het grondgebied van Loppersum en Westeremden en verder naar 't Zandt en Zijldijk. Deze rivier was behoorlijk breed; tussen de Vollehand bij Loppersum en de weg van Westeremden naar Gartshuizen en bij Westeremden is zij in natte tijden nog duidelijk te herkennen. De verslijkingen en aanwassen bij Zijldijk en Oosternieland maakten dat de mensen van Westeremden een andere waterweg zochten en de stroom voorzien van dijken en dammen. Van een zijl in Mude of Muderzijl is nu en dan sprake in oude stukken. Hierdoor vond de afwatering plaats van de Scharmerzijlvesten, het Kolhamster- en Slochter-akkerland, Gaarveen bij Woltersum. Ten Post, de Huisburen, het land van Oldersum (Oltersum) en enige meedelanden over de Ritserdijk, over de Slochter Ee en over de Scharmer kadijk. Tot deze zijl behoorde het land van Oldersum, tussen de Oldersumerweg en het Nieuwe Diep.
   In vroeger tijden heette dit dorp alleen maar Werum of Wierum. De naam van Wittewierum is ontleend aan de witte pijen van de Premonstratenzer Heren, die hier een vermaarde en zeer rijke abdij, Bloemhof, Bloemgaarde of Hortus Floridus genaamd, van 10 grazen (5 bunder) groot binnen de grachten, gehad hebben.
   De Hervormden, ongeveer 550, waaronder ongeveer 50 ledematen, vormen een gemeente die tot de klasse Appingedam, ring Slochteren, behoort. Toen de Ommelanders zich na het vredesverdrag van Gent bij de Unie van Utrecht hadden aangesloten, heeft Heer Edzard Rengers. op zijn adellijk huis in Ten Post, door een Hervormd Predikant voor zichzelf en anderen laten preken, totdat dit niet meer mogelijk was door het verraad van de Graaf van Rennenberg in 1580. De eerste die hier, na de Reductie van Stad en Lande, het leraarsambt heeft waargenomen was Eustachius Manglerius, die hier voor 1600 in dienst kwam en in 1604 in Oost- Vlieland werd beroepen. Het patroonrecht is hier door het adellijk geslacht van de Rengersen van Ten Post uitgeoefend, en is thans in handen van Jonkheer Duco Gerolt Rengers Hora Siccama, woonachtig te Hoogezand.

De eerste kerk, die hier gestaan heeft, is al aan het eind van de 12e eeuw gesticht. Hij werd echter in 1261 vervangen door een, waarvan de fraaie toren in het volgende jaar door een aardbeving instortte; terwijl de kerk naderhand grotendeels afbrandde. De huidige kerk staat op een terp, waarvandaan men een allerheerlijkst uitzicht heeft. Het is een vrij groot en goed gebouw, een gedeelte van de voormalige kloosterkerk, met een spitse toren, maar zonder orgel. Er zijn daar enkele adellijke wapens en grafstenen, waaronder een van Rengers tot Tuinga-Oudenhuis te Ten Post, Heer van Farmsum enz. In de nu vernieuwde pastorie, zag men tot voor 20 jaar nog de gewezen bovenkamer van de Abt en enkele ernaastgelegen cellen; vooral de brede gang was opmerkelijk, en een bak aan de muur, waarin enkele losgedekte openingen zaten, waardoor de Abt op het koor kon uitzien en de mis kon bijwonen zonder naar beneden te gaan.
   De Afgescheidenen hebben in Ten Post een kerkje, maar geen eigen leraar.
   De dorpsschool, die in Ten Post staat, wordt gemiddeld door 80 leerlingen bezocht.
   Dit dorp is de wieg en bakermat van de aanzienlijke familie Rengers. waarvan in het bijzonder Johan Rengers Ten Post, door zijn kroniek en andere nog onuitgegeven geschriften en door zijn staatkundige loopbaan, met roem bekend is gebleven. Een van de takken van deze familie heeft hier een grafkelder.
   In de oorlog tussen Edzard, Graaf van Oost-Friesland en de stad Groningen, haalden de Groningers bij een uitval, in 1505, al het vee van Wittewierum weg.
   In het jaar 1515 werd dit dorp weer, door de Saksische soldaten afgelopen (?).
   Toen de Heer van Groesbeek, die in afwezigheid van de Hertog van Aremberg zijn functie als Stadhouder waarnam, met de Hoogduitse vaandels, Lodewijk, Graaf van Nassau, uit Appingedam wou verdrijven, werd hij ter hoogte van Wittewierum, door die Graaf zo goed ontvangen dat hij met een aanzienlijk verlies naar Groningen terugkeerde.
(AA, vd, 1849)